Ingezetene

Uit NeBelEx Wiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Nederland

Wettelijke definities

“Ingezetene in de zin van deze wet is degene, die in Nederland woont.”[1]

“Waar iemand woont en waar een lichaam gevestigd is, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.” [2][3]


Invulling

Wil er sprake zijn van een woonplaats in Nederland in vorenbedoelde zin, moet er - beoordeeld naar de omstandigheden - sprake zijn van een duurzame band van persoonlijke aard met Nederland (Zie Hoge Raad, 4 maart 2011, nr. 10/04026)[4]

Dat is het geval wanneer het (duurzame) middelpunt van het maatschappelijk leven geacht kan worden in Nederland te zijn gelegen.[5] In dat kader is in het bijzonder van belang in welke mate er sprake is van een sociale, economische en juridische binding van de betrokken persoon met Nederland.[6] Eén van de bindingen kan zo sterk zijn dat reeds daarom tot ingezetenschap moet worden geconcludeerd. Indien geen van de bindingen op zichzelf beschouwd sterk genoeg is om tot ingezetenschap te leiden, kan op grond van een complex van factoren tot ingezetenschap worden geconcludeerd. Een nog bestaande binding met een ander land dan Nederland kan echter een contra-indicatie inhouden, bijvoorbeeld wanneer sprake is van een vooropgezet tijdelijk verblijf of de aanwezigheid van (gemeubileerde) woonruimte in het land van herkomst. Bij dit alles kan worden aangetekend dat een persoonlijke band van duurzame aard bij vestiging in Nederland geleidelijk zal worden opgebouwd.

Sociale binding

Voor de beoordeling of sprake is van een sociale binding met Nederland komen uit de rechtspraak de volgende omstandigheden als relevante factoren naar voren:[7]

  • de aanwezigheid van het gehele gezin in Nederland,
  • het volgen van een inburgeringscursus,
  • (het ontplooien van initiatieven tot) beheersing van de Nederlandse taal,
  • het volgen van een beroepsopleiding hier te lande en
  • het lidmaatschap van een vereniging en/of een kerkgenootschap in Nederland.

Economische binding

De wijze waarop een betrokkene in zijn levensonderhoud en dat van zijn gezin voorziet, is een relevante factor van economische binding. Indien in loondienst wordt gewerkt of als ondernemer activiteiten worden ontplooid, zal dat een indicatie zijn voor een sterke economische binding met Nederland. Is de betrokkene aangewezen op een uitkering van overheidswege of financieel afhankelijk van een ander, zal minder snel sprake zijn van een economische binding.

Juridische binding

De juridische binding van een betrokkene zal veelal afhankelijk zijn van de verblijfstatus en -titel van de betrokkene. De juridische band van een betrokkene met Nederland zal logischerwijs sterker zijn ingeval van een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd dan ingeval van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd.


Voetnoten

  1. Artikel 2 AOW
  2. Artikel 3, lid 1 AOW
  3. Artikel 4 Algemene wet inzake rijksbelastingen
  4. Evenzo Hoge Raad, 17 januari 1996, nr. 279, gepubliceerd op rechtspraak.nl.
  5. Vergelijk CRvB, 14 februari 1986, SV 1986/318.
  6. Vergelijk CRvB, 8 juli 2004, 03/4491 AKW, gepubliceerd op rechtspraak.nl.
  7. Vergelijk CRvB, 22 april 2004, 03/6496 AKW, gepubliceerd op rechtspraak.nl.