Artikel 12 DBV

Uit NeBelEx Wiki
Ga naar: navigatie, zoeken

Verdragstekst

Artikel 12. Royalty's

1. Royalty's afkomstig uit een verdragsluitende Staat en betaald aan een inwoner van de andere verdragsluitende Staat zijn slechts in die andere Staat belastbaar, indien die inwoner de uiteindelijk gerechtigde tot de royalty's is.

2. De uitdrukking „royalty's", zoals gebezigd in dit artikel, betekent vergoedingen van welke aard ook voor het gebruik van, of voor het recht van gebruik van, een auteursrecht op een werk op het gebied van letterkunde, kunst of wetenschap, daaronder begrepen bioscoopfilms en films of banden voor radio of televisie, van een octrooi, een fabrieks- of handelsmerk, een tekening, een model, een plan, een geheim recept of een geheime werkwijze of voor inlichtingen omtrent ervaringen op het gebied van nijverheid, handel of wetenschap.

3. De bepalingen van paragraaf 1 zijn niet van toepassing indien de uiteindelijk gerechtigde tot de royalty's, die inwoner is van een verdragsluitende Staat, in de andere verdragsluitende Staat waaruit de royalty's afkomstig zijn een bedrijf met behulp van een aldaar gevestigde vaste inrichting of een zelfstandig beroep door middel van een aldaar gevestigde vaste basis uitoefent en het recht of het goed uit hoofde waarvan de royalty's verschuldigd zijn met die vaste inrichting of die vaste basis wezenlijk is verbonden. In dat geval zijn de bepalingen van artikel 7 of van artikel 14, naar het geval, van toepassing.

4. Royalty's worden geacht uit een verdragsluitende Staat afkomstig te zijn indien de schuldenaar die Staat zelf is, een staatkundig onderdeel, een plaatselijk publiekrechtelijk lichaam of een inwoner van die Staat. Indien evenwel de schuldenaar van de royalty's, ongeacht of hij inwoner van een verdragsluitende Staat is of niet, in een verdragsluitende Staat een vaste inrichting of een vaste basis heeft waarvoor de verbintenis, uit hoofde waarvan de royalty's worden betaald is aangegaan en die de last van de royalty's draagt, worden die royalty's geacht afkomstig te zijn uit de Staat waar de vaste inrichting of de vaste basis is gevestigd.

5. Indien, ten gevolge van een bijzondere verhouding tussen de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde of tussen hen beiden en een derde, het bedrag van de royalty's, gelet op het gebruik, het recht of de inlichtingen waarvoor zij worden betaald, hoger is dan het bedrag dat zonder zulk een verhouding door de schuldenaar en de uiteindelijk gerechtigde zou zijn overeengekomen, zijn de bepalingen van dit artikel slechts op het laatstbedoelde bedrag van toepassing. In dat geval is het daarboven uitgaande deel van de betalingen belastbaar overeenkomstig de wetgeving van elke verdragsluitende Staat en met inachtneming van de overige bepalingen van dit Verdrag.


Teksten uit Protocol I

13. Met betrekking tot artikel 10, artikel 11 en artikel 12

Indien aan de bron belasting is geheven die het belastingbedrag dat ingevolge de bepalingen van artikel 10, 11 of 12 mag worden geheven te boven gaat, moeten verzoeken om teruggaaf van het daarboven uitgaande belastingbedrag worden ingediend bij de bevoegde autoriteit van de verdragsluitende Staat die de belasting heeft geheven, binnen een tijdvak van drie jaren na afloop van het kalenderjaar waarin de belasting is geheven.


Gezamenlijke artikelsgewijze toelichting

Royalty's (artikel 12 en punt 13 van Protocol I)

In overeenstemming met het OESO Modelverdrag 1992/1997, geldt ingevolge paragraaf 1 een exclusieve woonstaatheffing voor royalty's die afkomstig zijn uit een verdragsluitende Staat en die worden betaald aan een inwoner van de andere verdragsluitende Staat die tevens de uiteindelijk gerechtigde tot die royalty's is. De in deze paragraaf gehanteerde uitdrukking «betaald» heeft dezelfde betekenis als de in paragraaf 1 van artikel 11 gehanteerde uitdrukking «betaald». Kortheidshalve wordt verwezen naar de toelichting bij paragraaf 1 van artikel 11.

Ingeval bij de betaling van royalty's geen rekening is gehouden met de bepalingen van paragraaf 1, kan de uiteindelijk gerechtigde tot de royalty's de bevoegde autoriteiten van de verdragsluitende Staat waaruit de royalty's afkomstig zijn, verzoeken teruggaaf te verlenen van de geheven belasting. In punt 13 van Protocol I is bepaald dat dergelijke verzoeken ingediend moeten worden binnen drie jaar na afloop van het kalenderjaar waarin de belasting is geheven. Ten slotte is in dit verband nog van belang dat de bevoegde autoriteiten van de verdragsluitende Staten, ingevolge paragraaf 4 van artikel 28, in onderlinge overeenstemming uitvoeringsvoorschriften zullen vaststellen voor de wijze van toepassing van paragraaf 1.

Ingevolge paragraaf 2 worden onder royalty's verstaan vergoedingen, van welke aard ook, voor het (recht van) gebruik van een auteursrecht op een werk op het gebied van letterkunde, kunst of wetenschap, daaronder begrepen bioscoopfilms en films of banden voor radio en televisie, van een octrooi, een fabrieksof handelsmerk, tekening, een model, een plan, een geheim recept of geheime werkwijze, of voor inlichtingen omtrent ervaringen op het gebied van nijverheid, handel of wetenschap. In dit kader wordt nog verwezen naar punt 9, paragraaf a, van Protocol I, waarin is bepaald dat vergoedingen voor technische diensten, met inbegrip van studies of toezichthoudende werkzaamheden van wetenschappelijke, geologische of technische aard, of voor diensten van raadgevende of toezichthoudende aard, niet worden beschouwd als royalty's maar als vergoedingen waarop de bepalingen van de artikelen 7 en 14, naar gelang het geval, van toepassing zijn.

Voor een toelichting bij de paragrafen 3 tot en met 5 wordt kortheidshalve verwezen naar de toelichting bij de overeenkomstig luidende paragrafen 5 tot en met 7 van artikel 11.


Aantekeningen